Open deuren ...

We trappen een open deur in door te stellen dat de krapte op de arbeidsmarkt zich volop laat voelen : krantenkoppen over een manifest tekort aan leerkrachten, IT’ers en verpleegkundigen, de horecasector blijft zitten met duizenden vacatures, de bouwsector schreeuwt om technisch geschoold personeel, dienstenchequebedrijven vinden te weinig medewerkers, meer vrachtwagenchauffeurs gezocht, bedrijven krijgen jobs voor operatoren niet ingevuld, .. en ga zo maar door! De maatregelen van de overheid zijn gericht op meer opleidingen op de werkvloer en betere mogelijkheden voor de zij-instromers maar vergroten nauwelijks het arbeidsaanbod. Ook vele bedrijven mankeren een globale strategie om de krapte aan te pakken. Zo is het hoog tijd om naar de deuren van het arbeidsmarkthuis te kijken!


Staat de voordeur van de arbeidsmarkt écht open? Om met die deur in huis te vallen : de arbeidsmarkt is geen toonbeeld van diversiteit en inclusie. Onze spiegelrecrutering, ons diplomafetisjisme, onze conservatieve wervings- en selectie-aanpak, onze rigide visie op nuttige competenties, gebrek aan creativiteit inzake het aanpassen van de arbeidsorganisatie … zijn echte struikelblokken om medewerkers met een ‘diversiteitsprofiel’ aan te trekken. Ze staan vaak voor een gesloten deur. Werven zonder voordeuren is de uitdaging! Onbegrijpelijk dat vele bedrijven hun deuren nog op een kier zetten en/of strenge deurwachters en diploma-screeners aan de poort posteren.


Maar het volstaat niet om alleen maar naar de voordeur te kijken … Bedrijven moeten ook voor de eigen binnendeuren vegen. Die binnendeuren blijven soms dicht waardoor talent verspild wordt! Medewerkers worden opgesloten in strakke functieprofielen, interne doorstroming wordt niet aangemoedigd, opleiding wordt gezien als een kost en geen investering, de deuren van de bovenverdieping blijven op slot voor vrouwen, … De deur naar de tuin wordt ook vaak verwaarloosd en kent een roestig slot … Medewerkers kunnen aldus eens niet op adem komen, verse lucht opdoen, even aandacht besteden aan hun mentale en fysieke gezondheid, creatief bezig zijn, … Bedrijven moeten dus mooi geverfde binnendeuren hebben die uitnodigen alle kamers te betreden en verkennen, alsook een grote glazen deur naar de tuin die inspiratie, ontspanning en creativiteit biedt.


Open voor- en binnendeuren helpen alleen als de achterdeuren niet wijd open staan. Helaas kijkt men te weinig naar deze achterdeuren. Vele bedrijven met knelpuntberoepen hebben een knellende voordeur maar geen knellende achterdeur. Men vraagt zich niet af waarom zoveel medewerkers na kortere tijd het bedrijf verlaten : geen duurzame bedrijfsstrategie, gebrek aan zingeving op het werk, te hoog stressgehalte, geen of onvoldoende bijscholingsmogelijkheden, hiërarchische bedrijfscultuur, hoog absenteïsme, slecht leiderschap, rigide arbeidsorganisatie, … ? Goede bedrijven hebben een gesloten achterdeur; wanneer medewerkers het bedrijf toch verlaten, gebeurt dit in alle transparantie door de voordeur.


De arbeidsmarktkrapte staat voor de deur. Deze doeltreffend aanpakken vereist dus een grote en open voorpoort, openstaande binnendeuren en een vrije toegang tot de tuin en achterdeuren op slot. Hopelijk klop ik met deze blog niet aan dovemans deur bij HR!