Het nieuwe MAOïsme

Bij het begrip Maoïsme denkt men natuurlijk direct aan Mao Zedong, de grondlegger van de Volksrepubliek China en leider van de Chinese Communistische Partij. Het Maoïsme zette zich af tegen het westers kapitalisme, nam het op voor de boeren en het stadsproletariaat en zocht een voedingsbodem in ontwikkelingslanden. Het vond dan ook vooral weerklank in een aantal revolutionaire bewegingen in Latijns Amerika, India en Nepal.

Maar hier heb ik het over het nieuwe MAOïsme dat niets te maken heeft met Mao Zedong, China of het communisme. MAOïsme staat hier voor de leer van het Moreel Ambitieus Ondernemen. De Nederlandse historicus en opiniemaker Rutger Bregman bracht recent zijn nieuwe bestseller ‘Morele Ambitie. Stop met het verspillen van je talent en maak werk van je idealen’ uit. Bregman stelt dat de grootste verspilling van onze tijd de verspilling van talent is. Die verspilling heeft niet enkel te maken met circa de helft van de wereldbevolking die geen kansen krijgt om zijn talent te ontwikkelen maar ook met de grote groep van mensen die wel alle kansen hebben gekregen. Een grote meerderheid van die laatste groep strandt in nutteloze, saaie, niet-essentiële en soms zelfs schadelijke banen. Nochtans heeft die groep intrinsiek de talenten in huis om zich in te zetten voor het oplossen van de kleine en grote wereldproblemen.

In zijn boek brengt Bregman rolmodellen in beeld die blijk hebben gegeven van morele ambitie : mensenrechtenactivisten, abolitionisten, klimaatwetenschappers, verzetstrijders, gezondheidswerkers, uitvinders, sociale investeerders en technologen, bedrijfsleiders, feministen, … Wie de verhalen van deze mensen leest, zal ontdekken dat ze allemaal over een grote portie ‘ondernemingszin’ beschikken. Het zijn niet enkel mensen met een grote maatschappelijke betrokkenheid maar ook mensen die initiatieven nemen om die betrokkenheid in actie om te zetten. Hadden ze geen ondernemend vermogen, dan zouden ze zijn blijven steken in hun visie. Door ondernemend te zijn, hebben ze hun visie omgezet in daden die het lot van vaak duizenden mensen fundamenteel verbeterde.

Daarom is het essentieel dat we investeren in het bijbrengen van de vaardigheid ‘ondernemingszin’ bij jongeren. Die sleutelvaardigheid zorgt ervoor dat jongeren ondernemen verbinden met maatschappelijke uitdagingen, met waardecreatie, met duurzaam en inclusief handelen, … Het is dan ook jammer dat die sleutelvaardigheid in de minimumdoelen van het secundair onderwijs werd uitgekleed. Laat het daarom de morele ambitie zijn van HR om ondernemingszin te stimuleren en te verbinden met het creëren van maatschappelijke meerwaarde. Leve dit nieuwe MAOïsme!